De glazen kubus van de Apple-store aan 767 Fifth Avenue in New York.

New York: 8 miljoen inwoners

Eenmaal beneden in de strak ingerichte witte ruimte wacht een nieuwe verrassing. Natuurlijk, ze zijn er allemaal. De bekende ‘speeltjes’ waar miljoenen mensen wereldwijd massaal voor warmdraaien: de iPod, de iMac en de iPhone en al hun bijbehorende accessoires. Artikelen waarmee naam en faam is vergaard. En het leuke is, je mag er eindeloos lang mee oefenen. Er is gratis draadloos internet, er is een bar en soms worden gratis workshops gehouden.

Noem het maar gadget-toerisme. Dat is wellicht de beste benaming voor datgene wat zich hier afspeelt. Het gaat veel verder dan alleen de liefde voor het mooie apparaat. Kenners die het succes van Apple probeerden te verklaren, noemen het ook wel ‘the human touch’. Het gaat bij het Amerikaanse bedrijf niet zozeer om het product zelf. Het gaat om het merk en de klant wordt daar onderdeel van. Of zoals een marketingdeskundige ooit zei: “It’s like having a good friend.”

Het uitgangspunt van Apple is altijd ‘macht aan het volk door technologie’ geweest. Met hulp van uitgekiende reclamecampagnes die miljoenen mogen kosten, het opzetten van een website waar geen vraag onbeantwoord blijft, het inrichten van aantrekkelijke winkels waar alles is gericht op het bieden van service. Zo wordt de filosofie tot uitvoering gebracht.

Dat is wat medewerker en Apple-kenner William dagelijks doet. Wie een bijles nodig heeft, kan bij hem intekenen voor een individuele training. In een uur krijg je dan alle foefjes op computer, telefoon of mobiele geluidsdrager uitgelegd. Zo’n persoonlijke aanpak werkt. Sinds in mei 200 de deur van de eerste winkel van het slot ging, gaat de teller wereldwijd richting tweehonderd miljoen bezoekers. De opvallende zaak in New York, die in mei 2006 uiteraard onder veel media-aandacht openging, was nummer 148 en er zullen er nog meer volgen.

De marketingstrategen van Apple spelen natuurlijk ook handig in op de huidige economische ontwikkelingen. Anno 2008 leven we als nooit tevoren in een maatschappij waarin ‘beleving’ voorop staat. In de zogenaamde beleveniseconomie gaat het de klant niet zozeer om het product of dienst, nee, hij wil vermaakt worden of iets speciaals meemaken en op basis daarvan kiest hij voor een bepaalde aanbieder.

In zo’n tijdperk is er plek voor gadget-toerisme. Apple voegt hiermee een nieuw hoofdstuk toe aan het begrip ‘hebbedingetje’. De iPod en de designlaptop iMac zijn nu al klassiekers. De lancering van de iPhone zorgde in Amerika, maar ook in Nederland, voor totale gekte. Rijen dik stonden mensen te wachten totdat ze een telefoon konden kopen. Toen afgelopen zomer de 3G-versie van de iPhone uitkwam, werden er in één weekend een miljoen stuks verkocht.

De liefde voor Apple wordt beleden in een hippe New Yorkse winkel. Sommigen zijn er al uren. Kinderen spelen computerspelletjes, terwijl hun ouders langs de gadgets dwalen. Kijken en proberen mag, kopen zou fijn zijn maar het hoeft niet. Ook dat is onderdeel van de strategie. De medewerkers zijn keurig geïnstrueerd. William en zijn collega’s zullen je er niet kwaad op aan kijken. Sterker nog, als ze tijd hebben is een bedankje en een ‘prettige dag’  je deel.

Dit verhaal verscheen eerder in Dagblad De Limburger/Limburgs Dagblad: www.limburger.nl