Esch en het masterplan van Jo Coenen

Het Luxembourg Learning Centre in Belval: de universitaire bibliotheek is een sensationeel gebouw dat je blijft bestuderen.

ESCH-SUR-ALZETTE, 7 JULI 2022. In het gebied waar nog geen 25 jaar geleden ijzererts bij een temperatuur van 2000 graden celsius tot ijzer en staal werd gesmolten, echoën de lessen van architect Jo Coenen dwingender dan ooit. Kijk maar eens goed en rustig rond in Belval, de getransformeerde wijk van het Luxemburgse Esch-sur-Alzette. In de Europese culturele hoofdstad van 2022 zijn de hoogovens uitgegroeid tot topattracties.

Koester de geschiedenis als vriend, is een van de belangrijkste uitgangspunten in het oeuvre van Coenen. Nieuwe gebouwen krijgen invulling en betekenis met kennis van het verleden. De Limburgse architect heeft er tijdens zijn Rijksbouwmeesterschap veelvuldig voor gepleit om het hergebruik van oude gebouwen en de nieuwe invulling van afgeleefde stadsdelen met moderne architectuur tot gevestigde praktijk te maken.

Esch-sur-Alzette is gebouwd op een ijzerertsreservoir van 6 miljard ton, met een ijzergehalte van ongeveer 30 procent. ARBED, de voorloper van ’s werelds grootste staalproducent, ArcelorMittal, opende in sneltreinvaart de ene na de andere ijzerertsmijn. Het staatsbedrijf groeide uit tot de grootste werkgever van het land. De ijzerindustrie bracht Esch – en heel Luxemburg – rijkdom. Slenter door de hoofdstraat van Esch, waar gebouwen in sierlijke stijlen als neogotiek, art nouveau en art deco hier het bewijs van zijn.

Een paar kilometer verderop is onder Coenens supervisie het industrieterrein Belval, waar sinds de sluiting eind vorige eeuw de hoogovens stonden te verloederen, omgetoverd tot een nieuwe stadswijk. Agora, een joint venture tussen de lokale gemeente Esch-sur-Alzette en ARBED, was verantwoordelijk voor de stedelijke herontwikkeling van het gebied. Coenen won de prijsvraag voor het masterplanontwerp. Jaren later, anno 2022, is de schijnwerper die hoort bij de titel culturele hoofdstad gericht op het mijnstadje dat de gemiddelde toerist meestal overslaat in de auto op weg naar zonniger oorden.

Onterecht. Houd van je stad, is namelijk een andere belangrijke les van Jo Coenen. Neem de betovering van de publieke ruimte als startpunt en als schetsblad voor nieuwe stadsdelen, zo konden we lezen in de publicatie die verscheen ter gelegenheid van de expositie ‘Jo Coenen, 40 jaar werken in Europa’ die van 4 juli 2020 tot en met 3 juli 2021 te zien was in Bureau Europa in zijn woonplaats Maastricht.

Esch-sur-Alzette: 34.500 inwoners

In Coenens masterplan moest Belval – in feite bestaande uit drie aan elkaar grenzende industriegebieden – uitgroeien tot ‘stad van de wetenschap’. Inmiddels is de Universiteit van Luxemburg met 5.000 studenten naar Belval verhuisd, staat er een modern winkelcentrum, een bioscoop, een hotel en restaurants. Belangrijker nog: in de jonge wijk zijn 8.000 woningen gebouwd en hebben 25.000 mensen een baan gevonden.

De Rockhal, met 6.500 plaatsen de belangrijkste popmuziekzaal van Luxemburg, is een van de nieuwe iconen van het voormalige industriegebied Belval. Over een week treedt Alicia Keys hier op. Toto, Simply Red, Placebo en Sting volgen allemaal nog dit jaar. Nu wordt er, voor het plein van de Rockhal, hard gewerkt aan de opbouw van het podium van Open Air Belval in het kader van ‘Esch 2022’. Op het affiche staat de band The Killers als de afsluitende act.

Het indrukwekkende hoogoventerras met zijn monumentale beeldbepalende hoogovens van 82 en 90 meter hoogte, bestaande spoorlijnen, productiehallen en fundamenten gaat een dialoog aan met nieuwe, grotendeels publieke functies als het staatsarchief, bibliotheek, de Rockhal, de universiteit en het nieuwe treinstation Belval-Université, ontworpen door de Luxemburgse architect Jim Clemes. In architectentaal heet dat dan ‘de transformatie van een industriële samenleving naar een kennissamenleving’.

Op het centrale plein van Belval, met je rug naar de restaurants en cafés, kijk je op het Luxembourg Learning Centre. De universitaire bibliotheek is een sensationeel gebouw dat je blijft bestuderen. Het is onderdeel van de 170 meter lange Möllerei dat in de hoogtijdagen diende voor het mengen en opslaan van ijzererts en cokes. Het contrast met de erachter en ernaast gelegen hoogovens is enorm en toch lijkt de moderne architectuur samen te smelten met de industriële iconen. Niet in het minst doordat architectenbureau Valentiny hvp architects de facade die over de hele breedte loopt, heeft bekleed met gezeefdrukt glas dat op een poëtische manier het stof en het roet van vroeger oproept.

“Het idee om de Olympische Spelen, een wereldtentoonstelling of de rol van Culturele Hoofdstad van Europa te organiseren, lijkt voor velen passé”, schrijft de gerenommeerde Duitse krant Frankfurter Allgemeine begin dit jaar. In enquêtes spreekt de meerderheid zich immers  steeds vaker uit tegen dergelijke grote evenementen uit bezorgdheid voor dure ‘witte olifanten’, gebouwen en infrastructuur die grotendeels ongebruikt blijven na het evenement waarvoor zij zijn opgericht. De voorbeelden zijn inmiddels legio.

“De ‘festivalisering’ van de stedelijke ontwikkeling kan echter – mits goed gepland – ook grote voordelen hebben. Het omvormen van oude industrieterreinen tot levendige stadsbuurten is bijvoorbeeld een dringende taak voor alle steden in de voormalige steenkool- en ijzerertsmijnbouwgebieden van Midden-Europa.” Jo Coenen zal het artikel ongetwijfeld met veel instemming hebben gelezen.

Het centrale plein van Belval-Esch, waar moderne architectuur samensmelt met industriële iconen.

Plaats een reactie