AKEN, 9 NOVEMBER 2013. Jarenlang heb ik echt een hekel gehad aan de Duitse taal. Dat was in de tijd van bei, seit, von, zu, zuwieder, mit, nacht, nebst, samt, enzovoorts. Vreselijk, het uit je hoofd stampen van die naamvallen en ze ook nog leren toepassen. Met meer geluk dan wijsheid overleef je dan zo’n middelbare schooltijd in de veronderstelling dat je zulke rijtjes nooit meer hardop hoeft uit te spreken. In mijn geval is dat is ook zo, maar ik ben het Duits wel steeds meer gaan waarderen.
Het wereldkampioenschap voetbal in 2006 zorgt voor de definitieve ommekeer. De Duitse band Wir Sind Helden breekt in Nederland door met Wenn Es Passiert, een nummer waar de NOS elke avond hun voetbalprogramma mee afsluit. Dan ga je je verdiepen in de teksten, in de taal, koop je de cd’s en bezoek je hun concerten.
Op de crematie van A. hoor je Der Weg van Herbert Grönemeyer voor het eerst. Een vreselijk mooi lied dat hij schreef voor zijn vrouw Anna en zijn broer Wilhelm die beiden zijn overleden aan de gevolgen van kanker. Voordat je het weet, sta je met kippenvel en vochtige ogen op de Pinkpopweide in Landgraaf om hem dat live te horen zingen.
Dus dan is het helemaal niet zo gek dat je tijdens de lunch aan je collega’s vraagt of zij weten wat een Schnullerbaum is. Schitterend woord, dat heerlijk van je tong afrolt. Onderzoekende blikken. Pardon? Nog nooit van gehoord. Alleen bij collega S. gaat een lichtje branden. Als geboren Duitser doet hij een gok. “Eh, een spenenboom? Ik vertaal het maar even letterlijk, hoor. Geen idee wat het precies is.”
Aken: 260.000 inwoners
Correct. De spenenboom is eigenlijk meer een struik en staat sinds de zomer van 2009 in de dierentuin van Aken. Voor de mensen zonder kinderen die zich afvragen waar dit eigenlijk precies over gaat, misschien eerst een stukje achtergrond. Afscheid nemen van hun speen is voor sommige kinderen een echte nachtmerrie. Als verantwoordelijke ouders hebben wij A. zo goed mogelijk voorbereid op dit moment.
Uitleggen aan een peuter dat zijn tanden mogelijk schuin gaan staan door te lang op een fopspeen te zuigen, is natuurlijk geen optie. Dat ding zomaar in de prullenbak gooien en zeggen dat het vanaf nu anders moet, ook niet. Op allerlei fora wordt aangeraden op het tutje, zoals de Belgen het zo fraai zeggen, aan een ballon te binden en hem samen uitzwaaien. Dat had misschien nog gekund.
Maar nu staan we tussen de herten, paarden, geiten, een panter, wat kippen en rondslingerende apen te kijken naar de Schnullerbaum. De oudste spenenboom schijnt op het Deense eiland Thurø te staan, geplant in 1920. De Scandinavische traditie is overgewaaid naar de rest van Europa. Er zijn genoeg voorbeelden in Nederland, België en Duitsland, maar in Limburg konden we er zo snel geen in de buurt vinden. Dan is Aken, waar ze nog steeds dromen van een spenenboom in het centrum van de stad, dichtbij genoeg.
De tweeënhalf jarige A. houdt het leven graag overzichtelijk. Hij hangt zonder morren zijn twee speentjes in de takken. Zo. Klaar. Hij wil naar de grote gele graafmachine, iets verderop. Over zijn geliefde speen hebben we hem de rest van de dag niet meer gehoord.
Categorieën:Algemeen