BORDEAUX, 5 SEPTEMBER 2011. Zelfs de beste reisgidsen kunnen je de stuipen op het lijf jagen. Met hun verleidelijke praatjes over schitterende landschappen, pittoreske dorpjes en mondaine steden. Als je dan slechts één dag hebt om naar zo’n te stad gaan, waar moet je dan in godsnaam beginnen als je in The Rough Guide onder andere leest over ‘levendige rivierkades’ en klassieke architectuur die in overvloed aanwezig is?
De belangrijkste les: leer leven met het feit dat je nooit alles kunt zien. Ook in Bordeaux is het een kwestie van paniek indammen. Dat begint al als je met de auto via de linkeroever de stad binnen rijdt. Het is eigenlijk nog veel erger dan verwacht. Wat een magnifieke entree: rechts uitzicht op de Garonne en links een rij achttiende eeuwse huizen, de zogenaamde Façade des quais, die ruim een kilometer lang de rivier innig lijken te omhelzen.
Mijn hart maakt een sprongetje. Snel op zoek naar een tijdschriftenwinkel of boekhandel. Wat je zoekt is een document dat orde kan scheppen in de chaos. Reisgidsen hebben nogal eens de neiging vooral de toeristische hoogtepunten uit te lichten, terwijl je juist op zoek bent naar de rafelrandjes van de stad, bijzondere woningbouwprojecten in de wijken of gebouwen die de stad nieuw leven hebben ingeblazen. Het boek Bordeaux, around the city in 101 buildings fungeert vandaag als tom-tom. Het maakt kiezen iets makkelijker.
Eerst naar het noorden van de stad. Aan het begin van de wijk Chartrons liggen de Hangars des quais. De totaal twaalf voormalige schuren en pakhuizen aan de rivier, gebouwd tussen 1931 en 1934, zijn nu omgeturnd tot hippe designer outlets. Het concept dat je ook vindt in bijvoorbeeld Roermond en Maasmechelen, maar dan oneindig veel stijlvoller. Als is het maar omdat je hier ook fantastisch kunt eten met uitzicht op de Garonne. Hangar 14, een opvallend modern gebouw van staal en glas, doet dienst als conferentiecentrum.
Steek bij Hangar 19 de Quai de Bacalan over. Bedenk nog even dat Bordeaux sinds 2007 op de werelderfgoedlijst van Unesco staat en aanschouw dan het spierwitte designhotel Seeko’o (kamers vanaf 199 euro) dat in datzelfde jaar tussen de eeuwenoude huizen in verrijst. In lokale media is het gebouw al ‘de ijsberg’ gedoopt, maar ook een ‘onorthodoxe stedelijke icoon die hoop biedt voor de noordelijke buurten die, net zoals Chartrons, een nieuwe stedelijke impuls nodig hebben’.
De tram stopt hier zo ongeveer voor de deur. In alle reclamepraatjes over Bordeaux wordt het bijna 45 kilometer lange bovengrondse netwerk, geopend in 2005 en voorlopig bestaande uit negentig haltes, aangehaald. Door de modernste milieuvriendelijke technieken zijn er in de binnenstad geen lelijke bovenleidingen nodig; het historische karakter van de stad kan hierdoor optimaal renderen.
Nog eens 33 kilometer aan routes wordt momenteel aangelegd, essentieel voor de herontwikkeling van wijken die door een verbeterde infrastructuur weer bereikbaar worden. Als je zoals wij maar weinig tijd hebt is de tram bovendien ideaal om een goede indruk van Bordeaux te krijgen. Voor 1,40 euro per rit kun je op een van de drie lijnen van A naar B.
Naar Vieux-Bordeaux bijvoorbeeld. Hoe weinig tijd je ook hebt, kies je rustmomenten op een van de vele pleintjes in de oude stad. Het schilderachtige Place du Parlement of Place Saint Pierre ligt voor de hand, maar loop net iets verder door naar Place Fernand Lafargue waar de zon op natuurlijke wijze de panden uitlicht. Alsof je in een gemoedelijk Frans dorp terecht bent gekomen, waar een spel van diverse kleuren je een goed humeur bezorgt. Onder een groene luifel op roze en oranje terrasstoelen voor een café met een bruine gevel verpoost een leuke multiculturele mix van student, toerist en arbeider.
Bordeaux: 700.000 inwoners
Jarenlang hebben auto’s de dienst uitgemaakt in Bordeaux. Als burgemeester Alain Juppé aantreedt, komt daar langzaam verandering in. Hij zet niet alleen de lichten op groen voor de tram, hij geeft ook de opdracht om de rivierkade op de linkeroever van de Garonne op te knappen die jarenlang achter een hek knock-out aan de beademing heeft gelegen. Het resultaat anno 2011 is een paradijs voor voetganger, jogger, fietser en skater.
Landschapsarchitect Michel Corajoud heeft gezorgd voor brede paden, houten vlonders, parkjes waar je kunt picknicken of in de zon kunt liggen en voetbal- en basketbalkooien. Ter hoogte van Place de la Bourse is de ‘waterspiegel’ aangelegd. Vooral populair bij kinderen. Niet omdat prachtige gebouwen zoals Musée des Douanes erin weerspiegelen, maar vooral omdat op gezette tijden waterdruppels de lucht in worden gespoten.
Het levert mooie foto’s op van mensen die met opgetrokken broeken door het water rennen. Zo ook op de kaft van Bordeaux, around the city in 101 buildings, een boek dat ervoor heeft gezorgd dat de stad vandaag begrijpelijk en inzichtelijk is gemaakt. Maar de 144 pagina’s hebben vooral ook duidelijk gemaakt dat we nog maar zo weinig hebben gezien en dat een rendez-vous in de toekomst dus noodzakelijk is.
Categorieën:Stadsleven