TILBURG, 21 JUNI 2013. En weer sla ik de deur dicht in het gezicht van de stad die ik vier jaar lang als de mijne heb beschouwd. In die tijd werd er zelden liefdevol over haar gesproken, maar ze heeft voor altijd een plek in mijn hart. Vijftien jaar geleden ging ik weg om daarna met enige regelmaat terug te keren; echt intiem zijn we sindsdien nauwelijks nog geworden. Daarvoor waren onze afspraken steeds te kort, te vluchtig. Dat ligt aan mij.
De tijd, of liever het gebrek daaraan, dwingt me meestal tot een bliksembezoek. Een concert in 013, op bezoek bij vrienden, uit eten, sporadisch een avond op stap. Voor een tentoonstelling van Ai Weiwei of Anish Kapoor in museum De Pont maak ik graag een middag vrij. Maar de rust om de stedelijke metamorfose van dichtbij te bekijken, heb ik eigenlijk nooit gevonden. De krant en internet vertellen me wat ik weet over de recente ontwikkelingen.
Ook nu kom ik niet verder dan de poort van de stad. Afslag Oost. Op kraambezoek bij A. In de verte zie ik de Interpolistoren liggen. In gedachten rij ik er zo naar toe. En verder. Langs het station – in maart nog voordragen als een van de tien nieuwe rijksmonumenten – de Hart van Brabantlaan door. Net voor Ringbaan West naar links de Beukenstraat in, en dan meteen weer links. Daar, in de Boomstraat ligt mijn oude studentenhuis, op nummer 232. Of de kwalitatief niet al te beste friture (onder ons) en het biljartcafé (naast ons) er nog ligt, ik zou het niet weten. Ben er nooit meer geweest.
In 1995 schrijf ik me in. Vol ambitie en vastbesloten om een klein dorp in Zuid-Limburg te verruilen voor een Brabantse stad waar ze het lelijkste dialect van Nederland spreken. Dan ben ik plotseling inwoner van een plaats die zichzelf ‘moderne industriestad’ noemt. Ze zeggen dat de opleiding journalistiek hier de beste is van het land. Utrecht is veel leuker, hoor ik vaak om me heen. Dat zal best, maar we kiezen voor kwaliteit. Ach, wat weet je nou helemaal als je zeventien bent en op kamers gaat?
Intussen maak ik kennis met stadsbegrippen als Polly Magoo, The Talk, Uitstad en Extase die allemaal rond het uitgaanskwartier Korte Heuvel liggen. Maar ook met boekhandel Gianotten in de Emmapassage, filmhuis Cinecitta, Midi Theater en muziekcentrum PaRaDoX. En door mijn werkzaamheden voor het sportieve uithangbord van de stad, Willem II, in dat prachtige rood-wit-blauw gestreepte shirt heb ik een paar jaar zelfs een seizoenkaart. Ik herinner me een druilerige zondagavond waarop met 1-0 van het in die tijd in Nederland oppermachtige Ajax wordt gewonnen. Doelpunt: Henry van der Vegt. Mijn neefje F, toen een veertienjarige Ajax-fan, zelden zo beteuterd zien kijken.
Tilburg: 188.000 inwoners
Nee, geen kwaad woord over deze stad die ooit groot is geworden door de opkomst van de textielindustrie en altijd jong zal blijven vanwege de omvangrijke studentenpopulatie. Het is geen mooie stad, het is ook geen bruisende stad. Maar met de juiste mensen om je heen is dit een fantastisch decor. Een inspirerende plek om vriendschappen voor het leven te sluiten. Een stad die ik heb leren kennen door haar veelal te voet te verkennen. Na drie of vier gestolen fietsen besloot ik de moed op te gegeven.
Herinneringen ophalen aan die mooie tijd in mijn oude woonplaats doe ik eigenlijk zelden. Na 1999 aan een nieuw hoofdstuk begonnen en achterom kijken heeft meestal weinig zin. Nieuwe memorabele momenten worden immers alleen in de toekomst geboren. Maar nog altijd volg ik de stad met veel interesse. Meer dan eens is ze landelijk nieuws. Als de pastoor van de Margarita Mariakerk de klok weer eens te hard luidt, als Willem II uit de Eredivisie degradeert of als er een flat in de buurt van het Piusplein wordt ontruimd na een verzakking: ik lees het allemaal.
Het imago van de stad is veranderd. Niet langer het lelijke eendje, maar in het boek Vernieuwingsstrategieën voor de industriestad van Hans Mommaas en Nienke van Boom wordt gesproken over een comeback city. In een rijtje met Manchester en Gent, voormalige industriesteden die het is gelukt om zichzelf economisch, architectonisch en stedenbouwkundig her uit te vinden nadat de textielfabrieken werden gesloten.
Berouwvol steek ik de sleutel in het slot. Dag Tilburg. Tot de volgende keer.
Categorieën:Stadsleven
Sfeervol verhaal! Ik voel deze sfeer omdat het verhaal ook een deel van mij is.