LISSABON, 10 NOVEMBER 2016. De gezaghebbende Britse krant The Guardian publiceert vlak voor de start van Web Summit een artikel waarin de potentie van Lissabon als de nieuwe tech- en innovatiehoofdstad van – op z’n minst Europa – wordt beschreven. De vergelijking met San Francisco, het hart van het wereldbefaamde Silicon Valley, is natuurlijk niet ver weg. En dat is heus niet alleen maar vanwege de markante rode hangbruggen die beide steden zo nadrukkelijk op de toeristische ansichtkaart hebben gezet.
Sun, surf and low rents, zo luidt de kop boven het verhaal. De zon aan de Amerikaanse westkust en in het zuiden van Europa is een gemeenschappelijke factor. De Portugese overheid stimuleert start ups en bedrijven om zich tegen gunstige voorwaarden in Lissabon te vestigen, in de hoop en verwachting naam op te bouwen als hightechregio. Het ‘goede leven’ op de surfplank of in een mooi en betaalbaar appartement moet de rest doen.
De ontnuchtering volgt in het Parc de Nacoes aan de rivier de Taag. Op een bord bij de entree staat ‘This is not Sillicon Valley. This is Portugal’. Oftewel: we doen de dingen hier op onze eigen manier. Schrijf en beweer wat je wil, maar zeg ons niet hoe het moet. In het centrum van de stad wordt afgerekend met een andere vergelijking, die ongetwijfeld bedoeld was als een compliment: ‘This is not the new Berlin. This is Portugal’.
Na zeven jaar in Dublin is Web Summit, volgens Forbes de grootste internet- en technologieconferentie ‘on the planet’, neergestreken in de eigenwijze hoofdstad van Portugal. Hier is het op 10 november gewoon twintig graden en schijnt de zon. Dat doet iets met een mens. Ruim 53.000 deelnemers zijn aanwezig op wat ook wel omschreven is als het ‘Glastonbury for geeks’. Een goed gevulde Amsterdam Arena is hier losgelaten op het evenemententerrein waar in vier enorme hallen start ups zich aan potentiële investeerders presenteren en bekende sprekers het publiek proberen te inspireren.
Als journalist in een beroepsklasse die vecht voor lijfsbehoud is Web Summit nooit een verloren investering. Als liefhebber van steden is Lissabon ook altijd een feestje. Lonely Planet vraagt zich af waarom de stad niet in één adem wordt genoemd met Zuid-Europese zwaargewichten als Barcelona en Rome. ’s Werelds bekendste uitgever van reisboeken zet Lissabon op 8 in de top 10 van steden die je moet bezoeken in 2017. De combinatie van cultuur, het culinaire klimaat, historie en de lage prijzen ‘looks like an unbeatable deal’.
Lissabon: 900.000 inwoners
Het is altijd een uitdaging om, in de paar uur vrije tijd die je tijdens een werktrip hebt, de nieuwe ontwikkelingen in een stad te aanschouwen. Begin in Lissabon in de Mercado da Ribeira, ook wel de Time Out Market genoemd. Niet dat het principe nu zo vernieuwend is, want een markthal met restaurants, winkels en cafés is tegenwoordig qua idee al bijna belegen.
Deze historische plek in de levendige wijk Cais do Sodré is in 2014 opnieuw vormgegeven door het team van journalisten van het blad Time Out. Zij kozen alleen de ondernemers met de beste ideeën en businessplannen van Lissabon. Afhankelijk van het concept kun je een week tot drie jaar in de markthal blijven. Het Time Out-motto: if it’s good, it goes in the magazine, if it’s great, it goes into the market.
Loop vanuit de Marcado da Ribeira vijf kilometer richting deelgemeente Belem. Blijf zo dicht mogelijk langs de rivier voor de mooiste route langs mooi gerenoveerde pakhuizen en hippe bars en restaurants. Na de Ponte de 25 Abril over de Taag kun je in de verte al MAAT zien. Het prachtige Museum of Art, Architecture and Technology – nu ruim een maand geopend – zal in sneltreinvaart uitgroeien tot een van de belangrijkste toeristische attracties van de stad.
Het museum is gevestigd in een voormalige krachtcentrale, ernaast heeft de Britse architecte Amanda Levete een nieuwe hal ontworpen met een golvend dak dat tevens dient als openbare ruimte. Je kunt erover heen lopen, je kunt er zitten, hangen of staan. Het uitzicht op de 25 Aprilbrug is ongeëvenaard. De gevel van het gebouw is opgebouwd uit 3D-tegels, de expositieruimte doet denken aan de turbinehal van Tate Modern in Londen. Maar met die vergelijking zullen ze het in Lissabon wel niet eens zijn. Hier doen ze het gewoon op hun eigen, eigenwijze manier.
Categorieën:Architectuur, Toerisme
Mooi, dat heb je weer meegemaakt!